CMS helpt De Bouwcampus met juridische expertise
Louisa Engels is bij De Bouwcampus al lang geen onbekende meer. Zo schreef zij de whitepaper ‘Juridische (on)mogelijkheden van seriematig aanbesteden’ waar inmiddels een tweede versie van uitgekomen is. Nu sluit zij zich met haar nieuwe kantoor CMS als partner aan. “Wat ik zo waardeer aan De Bouwcampus is dat opdrachtgevers en opdrachtnemers elkaar hier op een open en transparante manier ontmoeten. Problemen worden gedeeld en samen wordt gezocht naar oplossingen. Dat maakt de gesprekken heel constructief en inspirerend.”
Vanuit CMS brengt Engels diepgaande kennis van bouw- en aanbestedingsrecht in. Het kantoor heeft een groot team dat beide kanten van het spectrum bedient: opdrachtgevers en aanbestedende diensten aan de ene kant, marktpartijen aan de andere kant. “Doordat we die dynamiek kennen, begrijpen we waar de kansen liggen en welke risico’s spelen. Dat maakt ons advies waardevol. Bovendien werken we multidisciplinair, met collega’s op het gebied van publiekrecht, vastgoed en energierecht, zodat we het volledige palet kunnen meenemen in complexe vraagstukken.” En ook haar collega’s bij CMS zijn enthousiast over de samenwerking met De Bouwcampus. “Maatschappelijke thema’s leven hier echt. Het is mooi om gezamenlijk bij te dragen aan de grote vraagstukken van onze tijd. Dat motiveert enorm.” Dat blijkt ook wel, want voor elk van de drie maatschappelijke opgaves waar De Bouwcampus aan werkt, staat een juridisch team van CMS klaar, dat de organisatie kan raadplegen.
Whitepaper
Samen met collega’s schreef Engels een whitepaper over de juridische (on)mogelijkheden van seriematig aanbesteden. “Het belangrijkste inzicht? Het kán en het mág. Jarenlang werd gedacht dat het niet mogelijk was, maar juridisch is er veel ruimte, mits je de juiste kaders hanteert.”
Het whitepaper is onlangs geüpdatet. De tweede versie staat nu online. “Hierin laten we op een toegankelijke manier zien hoe je dit concreet kunt doen: welke aanbestedingsprocedures geschikt zijn, welke prikkels je kunt opnemen en hoe je contractvormen uitwerkt. Er zit zelfs een stroomschema in dat laat zien hoe een seriematige aanpak contractueel kan verlopen. Zo laten we zien dat er veel keuzevrijheid is, maar ook dat je risico loopt als je te ver buiten de lijnen treedt.”
De volgende stap is volgens Engels helder: “We moeten kijken hoe we dit concreet gaan toepassen. De whitepaper is het begin van de praktijk, niet het eindpunt.” Zo ziet ze vooral kansen in concrete casussen. “We hebben partijen nodig die durven te experimenteren. Er wordt veel gefilosofeerd en doordacht, maar de echte sprong moeten partijen nog maken. Bij de vernieuwing van vervangings- en renovatieopgaven zie je al experimenten, maar het is tijd dat iemand daadwerkelijk de stap zet.”
Een belangrijk aandachtspunt voor haar zijn kleinere en decentrale overheden. “Tachtig procent van de opgaven ligt daar, maar juist kleine gemeenten hebben vaak moeite overzicht te houden en samenwerking te organiseren. De Bouwcampus kan hier in uitdagen: ga samen om tafel, breng programmering en planning in beeld, en werk gezamenlijk toe naar contracten. Het mooiste is als meerdere gemeenten samen met marktpartijen de voorkant van een project vormgeven.”
Enthousiasme
Waar kijkt ze zelf het meest naar uit? “Dat de ideeën van papier naar praktijk gaan. Uiteindelijk moeten opdrachtgevers de eerste stap durven zetten. De Bouwcampus kan partijen enthousiasmeren en ondersteunen, die rol is cruciaal.”
Aan het einde van het gesprek heeft ze nog een duidelijk advies aan nieuwe partners: “Denk goed na over wat je zelf kunt bijdragen. De Bouwcampus is dé plek waar in openheid ideeën worden uitgewisseld. Hoe meer je brengt, hoe meer je terugkrijgt en hoe meer je samen bereikt.”