Skip to main content

De Bouwcampus ondertekent Houtbouw Pact 2026 – 2030

Met het ondertekenen van het Houtbouw Pact MRA 2026–2030 schaart De Bouwcampus zich nadrukkelijk achter de opschaling van industriële houtbouw en biobased bouwen in Nederland. Het pact, waarin publieke, private en kennispartijen zich verbinden aan de ambitie om in de Metropoolregio Amsterdam toe te werken naar minimaal 20 procent houtbouw in de nieuwbouwproductie (woningen), sluit naadloos aan bij de missie van De Bouwcampus: het versnellen van duurzame vernieuwing in de bouw door systeemverandering, opschaling en ketensamenwerking.

“Dit pact is geen intentie op papier, maar een gezamenlijke afspraak om houtbouw echt onderdeel te maken van de reguliere bouwsystemen. Wij zien dagelijks dat de oplossingen er zijn, maar dat de opschaling alleen lukt als publieke en private partijen hier samen onomkeerbaar voor kiezen,” zegt Atto Harsta, transitiemanager van De Bouwcampus.

De Bouwcampus gelooft dat transities niet ontstaan door losse projecten, maar door programma’s, afspraken en collectieve verantwoordelijkheid. Precies dat maakt het Houtbouw Pact relevant. Waar het eerdere convenant vooral de pioniersfase markeerde, zet dit nieuwe pact expliciet in op doen, bestendigen en opschalen. “De afspraak om in 2027 te toetsen of een verhoging naar 30 procent houtbouw en biobased realistisch is, onderstreept de langetermijnambitie,” benadrukt Harsta.

De woningbouwopgave, de klimaatdoelen, arbeidstekorten én het grondstoffenvraagstuk komen in deze langetermijnambitie integraal samen. Houtbouw en biobased bouwen bieden immers aantoonbaar kansen om CO₂- en stikstofuitstoot fors te reduceren, de bouw te industrialiseren en versnellen, en tegelijkertijd te werken aan een circulaire economie met hernieuwbare grondstoffen.

Aansluiting

Het pact benadrukt sterk de rol van industriële en modulaire houtbouw als versneller van de woningproductie. Dat raakt direct aan de programma’s van De Bouwcampus rond industriële bouwstromen, typegoedkeuring en seriematig ontwikkelen. Minder arbeid op de bouwplaats, minder bouwafval, minder overlast en kortere doorlooptijden zijn precies de effecten die nodig zijn om uit de huidige woningbouwimpasse te komen. Een groot aantal partijen die betrokken zijn bij de Nieuwe Noord-Hollandse bouwstroom zijn tevens ondertekenaars en dat is van belang voor het laten slagen van het Innovatie & Opschalingsprogramma woningbouw waar De Bouwcampus hard aan werkt. Harsta:
“Als we echt willen versnellen, moeten we af van het idee van steeds opnieuw het wiel uitvinden. Industrialisatie, standaardisatie en biobased materialen horen bij elkaar. Dit pact helpt om die beweging te normaliseren.”

Kennisdeling

Een ander zwaarwegend motief voor ondertekening is de expliciete keuze binnen het pact voor open kennisdeling, monitoring en transparantie. Ondertekenaars committeren zich aan het delen van ervaringen, data en inzichten via kennisbanken, bijeenkomsten en gezamenlijke monitoring.

Dat sluit direct aan bij de rol die De Bouwcampus vervult als landelijk netwerk- en kennisplatform voor de gebouwde omgeving. Door het verbinden van praktijkervaringen en systeemknelpunten bespreekbaar te maken, draagt De Bouwcampus bij aan de versnelling die het pact beoogt.

Vliegwiel

Hoewel het Houtbouw Pact zich richt op de Metropoolregio Amsterdam, is de betekenis ervan nadrukkelijk landelijk. De koppeling met onder meer de Nationale Aanpak Biobased Bouwen en Europese ontwikkelingen rondom CO₂-beprijzing en Carboncredits en Whole Life Carbon maakt het pact tot een belangrijk leer- en opschalingsinstrument voor heel Nederland. Harsta: “Voor De Bouwcampus is dat essentieel: wat werkt in de regio, moet snel schaalbaar zijn naar andere regio’s, opdrachtgevers en industriële bouwstromen.”

 



05 december 2025