De uitzending van het programma Pointer eerder deze maand liet het nog eens zien: in Nederland staan zo’n slordige 90.000 gebouwen langdurig leeg. Van kerken tot kantoorpanden, van complete verdiepingen boven winkels tot ernstig verkrotte woningen. Alles bij elkaar gaat het om zo’n 17,8 miljoen vierkante meter zo becijferde het programma. Genoeg om alle inwoners van Utrecht onderdak te bieden. Architect Sanne van Manen van het Platform Woonopgave rekende eerder voor dat we in de bestaande voorraad ruimte hebben voor maar liefst één miljoen extra woningen
Waarom benutten we die ruimte dan niet? Simpelweg omdat het in de praktijk een doolhof is. Gemeenten verdwalen in hun eigen procedures. Diensten werken langs elkaar heen. Of denk aan de parkeernormen die elk creatief plan de nek om lijken te draaien. Over de grens in Vlaanderen lossen ze het anders op: daar betalen eigenaren belasting over leegstand. Iets waar partijen in Nederland ook wat voor voelen. Want het werkt daar: de leegstand daalt, het woningaanbod stijgt én de bestaande wijk wint aan leefbaarheid.
Minister Mona Keijzer zet inmiddels voorzichtig stappen richting beter benutten: hospitaverhuur, het splitsen van woningen, het gemakkelijker toestaan van mantelzorgwoningen. Stuk voor stuk goede initiatieven maar nog te vrijblijvend. Immers, zolang het makkelijker is om een weiland te bebouwen dan een bovenverdieping te transformeren, laten we de echte versnelling in het realiseren van meer woonoplossingen liggen.
Dus mijn oproep: zet niet alleen in op bouwen, maar benut eerst de mogelijkheden in de bestaande voorraad. Maak leegstand onaantrekkelijk. Beloon gemeenten die de ruimte wél weten te vinden. Laat een oudere in huis een tweede woning maken voor hun kleinkind. En gun wethouders de eer om sleutels uit te reiken aan nieuwe bewoners van oude gebouwen. Echte versnelling zit namelijk niet in het slaan van de eerste paal, maar in de eerste sleutel.
Nynke Sijtsma
Directeur De Bouwcampus